12.10.15 Jaarrapport Belgische ontwikkelingssamenwerking (11.11.11)

Budget:
Hoewel in 2014 in vergelijking tot andere jaren iets minder bespaard werd op het budget ontwikkelingssamenwerking (216 miljoen vs 280 miljoen in 2013) blijft België ver onder de 0,7% van het BNI. Amper 0,46% van onze welvaart gaat naar internationale solidariteit . België blijft met het cijfer nog iets boven het Europees gemiddelde van 0,42% maar zal met de aangekondigde besparingen zonder twijfel in de tweede helft van het Europees peloton belanden. De voorspellingen zijn dat – zonder bijsturing – op het einde van de legislatuur nog amper 0,38% van het BNI aan ontwikkelingsgeld uitgegeven zal worden.
Het is duidelijk dat de besparingstrend op ontwikkelingssamenwerking onder de regering Di Rupo doorgetrokken wordt in de huidige regering. In totaal werd er van 2011-2014 900 miljoen op het budget bespaard, de nieuwe regering kondigde nog eens een besparing van 1 miljard aan in de periode 2014-2019.

Beleid:
De meest opvallende beleidsmaatregel van de nieuwe minister is het inkrimpen van het aantal partnerlanden. België trekt haar rechtstreekse steun weg uit 6 landen en focust zich – met uitzondering van Palestina – op Afrikaanse landen, die vaak zeer arm en erg fragiel zijn. De minister engageert zich bovendien om de helft van het budget te besteden in de minst ontwikkelde landen. Een goede en op papier logische beleidskeuze, maar tegelijkertijd ook riskant, omdat het net in die landen erg moeilijk is vooruitgang te boeken. Zo is in Burundi, een van de partnerlanden van ons land, de extreme armoede sinds de jaren ’90 amper gedaald. Bovendien is de focus op de minst ontwikkelde landen erg eng. Ook landen die niet meer als ‘minst ontwikkeld’ worden opgedeeld, staan vandaag voor grote uitdagingen.
De minister herhaalt regelmatig dat hij afgerekend wil worden op resultaat, niet op het aantal centen. De vraag is of dat ook in de praktijk zal werken met minder budget, een kleinere administratie en een focus op heel complexe landen. De keuze van de Belgische officiële ontwikkelingssamenwerking voor de armste en minst ontwikkelde landen is een stap in de goede richting, maar de praktijk zou minister De Croo wel eens verrassingen kunnen bezorgen binnen de huidige aanpak.

Communicatie:
Waar minister Labille eerder de achtergrond opzocht, is Alexander De Croo duidelijk zichtbaarder dan zijn voorganger. Even werd hem na uitspraken in Congo verweten dat hij de nieuwe De Gucht was, maar dat is ondertussen gaan liggen. Minister De Croo combineert zijn communicatie ook met beleidsinitiatieven en lijkt daar tot dusver een delicaat evenwicht in te vinden. Hij trekt duidelijk de kaart van mensenrechten. Vooral in Burundi nam hij terechte beslissingen, waar België het begin 2015 nog moeilijk had zich uit te spreken tegen een (ongrondwettelijk) derde mandaat van de zittende president.

De minister greep ook in op het budget dat ons land investeert in Oeganda en Rwanda. Het gebruik van conditionaliteit (of koppeling van politieke voorwaarden aan het geven van hulp) is echter niet eenduidig en het is afwachten wat de impact op de langere termijn zal zijn.

11.11.11-directeur Bogdan Vanden Berghe: “We zien de budgetten voor veiligheid stijgen en er zijn geluiden om ook het defensiebudget te verhogen, maar tegelijk besparen we op het luik preventie. De klimaatverandering, de vluchtelingencrisis maar ook de nieuwe ontwikkelingsdoelen zijn wereldwijde uitdagingen zonder weerga. Het is daarom bijzonder vreemd om vast te stellen dat er zowel in de huidige regering als in de vorige zo intensief bespaard wordt op ontwikkelingssamenwerking.”

Bron: persbericht 11.11.11 – 12.10.15

U vindt het jaarrapport via deze link: http://www.11.be/downloads/doc_download/1758-jaarrapport-ontwikkellingssamenwerking-2014

Leave a Comment

You must be logged in to post a comment.