28.03.12 Virunga in gevaar: Waar blijft Europa? (Greenpeace & WWF)

Virunga is het oudste natuurreservaat van Afrika. Het ligt in het oosten
van de Democratische Republiek Congo, op de grens met Oeganda en
Rwanda. Hier leven olifanten, nijlpaarden, meer dan zevenhonderd
vogelsoorten en tal van andere bedreigde diersoorten. Steeds meer
toeristen bezoeken het park om er de uiterst zeldzame berggorilla’s te
bewonderen. Virunga is ook cruciaal voor de drinkwaterbevoorrading. Net
omwille van die uitzonderlijke ecologische waarde werd het Virungapark
in 1979 door Unesco uitgeroepen tot werelderfgoed.

Zowel de
Congolese wetgeving als internationale verdragen die het land
ondertekende, verbieden olieontginning in het Virungapark. Toch zijn er
de voorbije jaren olieconcessies uitgereikt die ongeveer 85 procent van
het park omvatten. Momenteel azen meerdere maatschappijen op de olie die
zich onder het natuurreservaat bevindt: het gaat onder meer om het
Britse bedrijf Soco International en het Franse olieconcern Total.

De
speurtocht naar olie in Virunga lokte de voorbije jaren een storm van
protest uit, overal in de wereld. Ook het Congolese middenveld reageerde
enkele dagen geleden nog negatief op de recente ontwikkelingen. De
reden hiervoor ligt voor de hand: als de Congolese overheid exploratie
toelaat in een natuurpark dat momenteel de grootst mogelijke wettelijke
bescherming geniet, dan is voortaan geen enkel stukje Congolese natuur
nog veilig voor commerciële ontginning. Congo geeft zo ook te kennen dat
het moeiteloos internationale afspraken op het vlak van
natuurbescherming aan zijn laars lapt.
 
Nochtans heeft de
Congolese regering in januari 2011 officieel herhaald dat ze het verbod
op oliewinning in het Virungapark zal respecteren. In maart vorig jaar
kondigde de Congolese minister van Leefmilieu ook aan dat alle
activiteiten voor de exploratie naar olie in Virunga zouden worden
opgeschort zolang een grondige studie naar de milieu-impact niet is
afgerond. Het is dan ook schokkend om nu vast te stellen dat de
Congolese regering al in september 2011 de toestemming gaf aan
oliemaatschappij Soco om de zoektocht naar olie in het Virungapark te
starten.

De oliemaatschappijen zelf negeren ook het feit dat
oliewinning in het park illegaal is, en wachten zelfs de resultaten van
de milieueffectenstudie niet af. Ze zijn de exploratie al aan het
voorbereiden. Die betrokkenheid van Europese oliebedrijven is erg
zorgwekkend. De Europese Unie investeert reeds tientallen jaren in de
bescherming van het Virungapark en het is ook de EU die de studies
financiert naar de milieu-impact van olie-exploratie in de regio.
De
Europese lidstaten waar het Britse Soco en het Franse Total hun
hoofdzetel hebben, hebben allen de Unesco-conventie ter bescherming van
het werelderfgoed geratificeerd. Die conventie verbiedt uitdrukkelijk
activiteiten zoals mijnbouw en oliewinning in de gebieden die door
Unesco als werelderfgoed zijn erkend. Dus ook de internationale
gemeenschap gaat hier in de fout, als ze deze inbreuk toelaat.

Daarom
is het snel groeiende Congolese en internationale protest tegen de
olieontginning in Virunga in een cruciale fase belandt. De Belgische
minister van Buitenlandse Zaken, Didier Reynders, liet twee weken
geleden alvast geen twijfel bestaan over het Belgische standpunt:
“Oliewinning in Virunga is in strijd met de Congolese wetgeving en met
internationaal gemaakte afspraken.”

Gezien het geld dat Europa
jaarlijks in het Virungapark pompt is het op zijn minst vreemd te noemen
dat er geen officiële reactie komt vanuit Europa. Dat moet dus dringend
veranderen, zo zeggen Greenpeace en WWF.

Bron: Persbericht Greenpeace en WWF, 27.03.12

Leave a Comment

You must be logged in to post a comment.